Herkenning
Tarwe, gerst en haver kunnen door de stuifbrand schimmels worden aangetast. In het veld herken je stuifbrand aan de zwarte aren of pluimen, die aan het begin van de bloei in het gewas verspreid zichtbaar worden. De zwarte kleur komt van de sporenmassa’s van de stuifbrandschimmel. Later, als de sporen weggestoven of afgeregend zijn, blijft alleen een kale zwarte aar spil of pluim achter. Het verspreid voorkomen van zieke aren wijst op besmetting via zaaizaad. De feitelijke schade bestaat uit het achterwege blijven van korrelvorming bij aangetaste planten.
Levenswijze
De stuifbrand besmetting gaat met het zaad over. De geïnfecteerde planten komen iets eerder in de aar dan de overige planten. De sporen, die gevormd worden in besmette aren verwaaien tijdens de bloei naar gezonde planten en dringen via de stijlen van de vruchtbeginsels tot in het zaad, dat onder in het vruchtbeginsel wordt gevormd. Daarna blijven de sporen in rust totdat het zaad tot kieming komt. De schimmel groeit met de plant mee omhoog en vermenigvuldigt zich snel op het moment dat de aren worden gevormd.
Maatregelen
In de gangbare teelten wordt het zaad ontsmet tegen o.a. stuifbrand. Tijdens de veldkeuring van het zaaizaad wordt door de NAK onder meer gelet op het voorkomen van deze ziekte. Door het uitzaaien van gecertificeerd zaad is de kans op voorkomen van stuifbrand nihil.
(Bron: http://databank.groenkennisnet.nl/granen.htm)